’t Is beslist. Mijn oude ikea-zetel verhuist naar de logeerkamer en beneden komen er nieuwe zetels. Wij tsjeesden op een zondagmorgen naar een meubelwinkel, voor ideeën op te doen.
Anna had het nogal voor draaistoelen.
Anna: “Mama, kleuren! Stiffen!”
ik: “Wacht Anna, ga al maar aan je tafeltje zitten. Ik ga eerst een blaadje papier halen.”
…
ik: “Ah, mooi! Wat heb je getekend?
Anna: “Opa slaapt”
Hoe komt zo’n kind erop? En ziet ze er echt iets in? Ziet opa er in haar hoofd zo uit? En is dat niet frustrerend als uw handen niet willen tekenen wat uw gedachten zien?
Tja, wanneer is zoiets officieel?
Ik denk dat Anna min of meer proper is. Mijn weken verlof en het grote stickertjesblad hebben hun werk gedaan. En Anna heeft haar best gedaan. Onze kleine pruts gaat 90% van de keren gewoon helemaal alleen op het potje. Af en toe zijn er nog accidentjes. Die keer in de file aan de kassa in de H&M (solden-veel volk-juffrouw baele doet haar benen wagewijd open – grote plas-geen papieren zakdoeken mee – gapende en starende vrouwen) of die keer op het geboortefeest (juffrouw Baele doodop – paaaaaakken- hup op de schoot van mama – sluizen open).
Bedenkingen die ik me rond het-proper-worden maakte.
Met het buurtcomité organiseerden we een driekoningenwandeling voor alle kinderen uit de buurt. Ons spook deed ook mee en bleek de jongste koning.
Een stuk oud gordijn werd een speciale jas voor koningen, haar kroon van toen ze 2 werd een koningskroon en de steel van haar borsteltje, daar werd een echte driekoningenster aan gehangen. Ze blonk. Niet de ster, maar wel het kind.
De tekst van het liedje zong ze niet mee, ze keek vooral haar ogen uit en liep met alle gemak tussen het andere kindergeweld. Een jongetje van drie werd haar vriendje, op het einde van de wandeling liepen ze zelfs handje in handje.
Dat ze snoep kregen en chocolade, had ze snel door.